Belastingtarieven schenkbelasting 2015

Tarieven schenkbelasting 2015

De hoogte van de belastingtarieven en de mogelijke vrijstellingen, zijn afhankelijk van de relatie tussen de ontvanger en de schenker. Hierbij geldt de volgende groepsindeling:

  • Groep 1:     partners en kinderen
  • Groep 1A:  kleinkinderen
  • Groep 2:     andere verkrijgers
Belaste verkrijging (2016) Groep 1 Groep 1A Groep 2
0 – 121.296 10% 18% 30%
121.296 en hoger 20% 36% 40%

Het tarief is een zogenaamd schijventarief. In Groep 1 is over de eerste € 121.903 een percentage van 10% aan erfbelasting verschuldigd. Over het meerdere is 20% erfbelasting verschuldigd.

Vrijstellingen schenkbelasting

Hieronder treft u de belangrijkste vrijstellingen bij schenking voor het jaar 2015 aan.

Verkrijger Vrijgesteld bedrag (2016)
Kinderen 5.277
Kinderen tussen 18 en 40 jaar (eenmalig, algemeen doel) 25.322
Kinderen tussen 18 en 40 jaar (eenmalig, schenking aangewend voor aankoop huis of studie) 52.752 / 100.000
Kerkelijke, levensbeschouwelijke, charitatieve, culturele, wetenschappelijke of andere het algemeen nut of sociaal belang beogende instellingen (ANBI’s) Vrijgesteld van schenkbelasting
Andere verkrijgers 2.111

Rekenhulp schenkbelasting (berekening bij een schenking vrij van recht)

De rekenhulp schenkbelasting vindt u hier

Ondernemingsvermogen

In geval van een schenking  van ondernemingsvermogen dat wordt verkregen in het kader van een bedrijfsopvolging in 2015 geldt de volgende voorwaardelijke vrijstelling:

  1. Indien de totale waarde van het ondernemingsvermogen van de objectieve onderneming waarop de verkrijging betrekking heeft € 1.055.022 niet te boven gaat: 100%;
  2. In alle overige gevallen:
  • 1°. indien de liquidatiewaarde van het ondernemingsvermogen van de objectieve onderneming waarop de verkrijging betrekking heeft hoger is dan de waarde going concern: 100 percent van het verschil tussen liquidatiewaarde en lagere waarde going concern;

  • 2°. voor zover de totale waarde van het ondernemingsvermogen van de objectieve onderneming waarop de verkrijging betrekking heeft, na toepassing van hetgeen is bepaald onder 1°, € 1.055.022 niet te boven gaat: 100%, en

  • 3°. voor zover de totale waarde van het ondernemingsvermogen van de objectieve onderneming waarop de verkrijging betrekking heeft, na toepassing van hetgeen is bepaald onder 1°, € 1.055.022 te boven gaat: 83%.